donderdag 26 februari 2015

Scenario voor hier-en-nu

Er zijn van die dagen, dat je het gevoel hebt dat het je even over de schoenen loopt. Zelfs al ben je CEO van een grote succesvolle onderneming. Welke beslissingen moet je nemen in deze crisistijd om de komende jaren minstens even succesvol te blijven? Uiteraard heb ik deskundige adviseurs en natuurlijk geven zij geen eenduidige adviezen. Hoe zeker kun je het onzekere maken? Is niet elk plan verouderd op het moment dat het zijn definitieve vorm heeft gekregen? In ieder geval kan het meestal naar de schroothoop als het uiteindelijk is geaccordeerd.
En toch... de keuze die ik, samen met mijn Raad van Bestuur, nú maak heeft wel consequenties stráks voor een miljarden omzet, voor miljoenen winst of verlies en voor de werkgelegenheid van duizenden medewerkers in zo'n honderd landen, terwijl wij maar nauwelijks met tien man zijn. Op zo'n dag heb ik behoefte aan een kort moment van bezinning. Ik ben geen soft type die dan zijn heil zoekt in allerlei quasi-spirituele rimram. Het leven moet voor mij tastbaar zijn, concreet en realistisch. Ik kan toch niet mijn tijd verdoen met interne bespiegelingen boven een zwetend vuurtje terwijl in de grote buitenwereld al zoveel van mijn beslissingen afhankelijk is? Ik ga lopen!

Ik geloof erin dat het mechanische eindeloze ritme van mijn benen rust brengt in mijn hoofd. Ik geloof dat de omgeving waarin ik wandel mij uitdaagt mijn vraagstukken steeds van nieuwe kanten te onderzoeken. Ik geloof dat het beste is om even uit de dagelijkse praktijk te stappen, en gebruik makend van een reeds geplande business-trip naar een onze buitenlandse vestigingen, om even rustig een ‘walkabout' te maken door de wildernis. Alleen de hitte en de droogte helpen mij al om uit mijn hoofd te komen; mijn hersenen koken, het denken stokt. Hier moet ik gebruik van maken. Met genoeg drinken in mijn rugzakje ga ik op pad.

Om vooral de eerste uren niet aan thuis en het werk te denken tel ik de rotsen, de "kopjes", die ik onderweg passeer. Voor ik het weet echter zit ik met mijn gedachten bij het financiële jaarverslag van de afgelopen periode en de prognoses voor het komend jaar. Als ik een smal eenplanks bruggetje over een beek in de diepte passeer, denk ik direct aan de politieke instabiliteit van een aantal bekende landen en de economische gevolgen daarvan voor onze onderneming. In een grote donderwolk die in de verte zich over de vlakte verplaatst, zie ik kansen en bedreigingen. Felle bliksemschichten scheuren mijn gedachten uiteen. Blij dat ik hier droog sta. Ik glimlach. Hoe nietig is de mens alleen in de natuur. Langzaam maar zeker krijgt een gedachte vorm in mijn hoofd. Die kant zouden we op kunnen...

En dan hoor ik de geluiden achter mij. Ik kijk om. Het zijn er maar drie en van deze afstand lijken ze vriendelijk en onschuldig. Ik verbeeld mij bijna dat ze spinnen. De soepele beweging van de spieren in hun poten. Die ingehouden dreiging van het roofdier. Ook dat is een behulpzaam beeld bij mijn prangende vragen. De middelste leeuw blijft staan en brult als een ware CEO van zijn roedel. De linker leeuwin begon te versnellen. De rechter volgt. Wat een prachtig sluiten van een val. Zo zou ik dat ook wel willen. Aan zulke belagers is geen ontkomen aan. Ik kijk om mij heen. Welk prooidier zouden ze op het oog hebben? Dan ren ik voor mijn leven! Walkabout, bezinning en spiritueel avontuur zijn vergeten. In flits besef ik dat mijn situatie nu niet zoveel anders is dan als CEO.

Waar moet ik heen? Hoe zal ik dit overleven? Klim in een boom! Welke boom. De enige die ik zie is een baobab, en heel ver weg. Zo'n kopje dan? Dat is de lievelingsplek van leeuwen om over de vlakte uit te kijken. Toeristen? In geen velden of wegen een mens te bekennen. Is dat niet juist altijd zo, als je ze nodig hebt!? Ik ren nog harder. Ik meen het droge geroffel van poten van mijn belagers op de grond achter mij te horen. Zal ik de volgende RvB-bijeenkomst halen? En dan is daar dat ravijn. Diep en breed. Hijgend kijk ik naar beneden. Is er... Dan zie ik mijn "vrienden" beneden: krokodillen! De bekken loom en verwachtingsvol wagenwijd op. Even voel ik mij opgejaagd door concurrenten uit west en oost. Vlak onder de rand zie ik een uitstekende wortel. Die ziet er stevig uit. Sterker dan de sterkste strohalm, aan welke ik mij ooit heb vast geklampt. Mijn laatste, mijn enige kans! Ik spring. Ik grijp. Beet! Daar hang ik. Boven mij hoor ik mannelijk gebrul. Ik voel de hete adem van twee leeuwinnen in mijn nek. Beneden is het stil. Geluidloos glijden ettelijke krokodillen in het water om zich bij hun concollega's onder aan de loodrechte rotswand te scharen.

Het grote wachten is begonnen. Dan zie ik vlak bij mij aan een verder verpieterde struik één grote
rode vrucht hangen, zo een als ik nog nooit ben tegen gekomen. Onwillekeurig grijpt mijn linkerhand. De rechterhand begint langzaam zijn vochtige greep te verliezen. Ik pluk. Mijn lippen sluiten zich om de zachte schil. Mijn tanden bijten. Zoet, koel, verfrissend en voedend vruchtvlees glijdt mijn mondholte binnen. Oh, wat een overheerlijke, bijna goddelijke vrucht...


- vrij naar een zen-verhaal - opnieuw verteld door Marcel van der Pol
foto's Marcel (Zuid-Afrika)